Koplopers: Pyke Kroes

4 maart 2019

Koplopers: Pyke Kroes

Kinderen spelen steeds minder buiten en komen daardoor niet meer vanzelfsprekend in aanraking met de natuur. Pyke Kroes (53) ijvert zich er al bijna heel haar werkzame leven voor dat te veranderen. Momenteel werkt ze als zzp-er en als medewerker voor IVN. Ze ontwikkelt educatief materiaal en organiseert, coördineert en begeleidt projecten op het gebied van natuur en duurzaamheid. Bij alles wat ze doet is haar favoriete slogan: we gaan erop uit!

Pyke vertelt:

“Toen ik vroeger op de lagere school in Boazum zat, hadden we eens twee stagiaires. Zij werkten met ons aan het project Ús Lânskip en namen ons mee naar buiten. Dat vonden wij als kinderen toen heel bijzonder. De stagiaires hadden een grondboor meegenomen, lieten ons zeeklei zien en vertelden dat Boazum vroeger aan zee lag. Ik vond het fascinerend! Mijn belangstelling voor het landschap was gewekt.

Al zat het er misschien ook al wat eerder in. Ik ben bijvoorbeeld altijd in planten geïnteresseerd geweest, had al jong een herbarium gemaakt. Mijn vader werkte bij het Fryske Gea. Samen zijn we al die terreinen afgefietst. Dat heeft waarschijnlijk ook invloed op mijn ontwikkeling gehad. Uiteindelijk studeerde ik bosbouw en milieukunde, volgde de verkorte pabo en belandde ik in de natuur- en milieueducatie.

Leefomgeving

De basis van duurzaam gedrag ligt volgens mijn altijd in de waardering voor wat je hebt. Als je je leefomgeving waardeert, zal je er zorgvuldig mee omgaan. Maar dan moet je die omgeving natuurlijk wel kennen. Mijn missie is om elk kind naar buiten te krijgen. Daar kun je het leven zelf voelen, ruiken en proeven. Dat is een veel diepere ervaring dan alleen het kijken, wat je naar plaatjes doet, of beeldschermen. Basisschool kinderen vinden dat hartstikke leuk. Pubers vragen om een andere aanpak, maar ook die zijn best ergens voor te porren. Het is belangrijk dat je maatwerk levert.

Veel gemeenten hebben een natuur- en milieueducatie steunpunt (NME). Hier kunnen scholen en organisaties een beroep op doen. Stel Staatsbosbeheer ziet het als een taak om kinderen met boswachters mee te laten lopen. En een school wil een buitenactiviteit voor de vrijdagmiddag, dan kunnen beide organisaties contact opnemen met een NME. Deze bemiddelt en zorgt dan voor een programma waar iedereen zich in kan vinden. NME”s hebben vaak ook kant en klare programma’s waar scholen uit kunnen kiezen.

Routine

Ik bedenk vooral de programma’s. Dat hoeft niet ingewikkeld te zijn. Je kunt kinderen die op bezoek zijn bij een boer bijvoorbeeld vragen eens goed naar een koe te kijken. Wat voor kleur ogen heeft ze? Beschrijf haar poten eens? Of vraag eens om twee minuten stilte. Wat hoor je dan? Het doel is om de dingen op een andere manier waar te nemen, om zo ontdekkingen te doen. Het is altijd leuk te zien dat sommige kinderen daar helemaal van opbloeien. Niet iedereen voelt zich thuis is het huidige schoolsysteem.

Toch is het voor veel onderwijzers een drempel om eropuit te gaan. Zelfs als wij zoveel mogelijk voor ze organiseren. Je moet je routine loslaten en dat is moeilijk. Ons hele schoolsysteem is zo ingericht dat als je het boek maar volgt, je zeker weet dat de kinderen alles leren. Daarnaast werken veel leerkrachten parttime, de tijd is dan gauw op. Toch hoor ik, als we eenmaal buiten zijn, ze vaak verzuchten: ‘Geweldig, dit zouden we vaker moeten doen.’

Allergisch

Mijn eigen kinderen wilden ook niet naar buiten, maar ze moesten verplicht een uur buitenspelen van mij. “Als je terugkomt met een nat pak, krijg je een euro,” zei ik dan ook nog. Met een kwartier stonden ze alweer op de stoep met een zielig gezicht. En nooit had er één in de sloot gezeten.

Je ontkomt niet aan de trend. Kinderen worden door beeldschermen verleid en opgeslokt. Maar dat wil niet zeggen dat dat nooit meer zal veranderen. Facebook is toch ook niet meer in? Ik kijk zelf bijna geen tv meer en hier en daar ontstaan al wifi-vrije zones.

Het blijft belangrijk kinderen liefde voor de natuur bij te brengen. Zo komt hier geregeld een nichtje van negen op bezoek. Afgelopen week zei ik tegen haar: “We gaan wandelen of kanovaren. Kies maar.”

“Nee hé,” riep ze, “Ik ben allergisch voor buitenlucht!”

Uiteindelijk koos ze voor kanovaren en toen we door de golven schoten, schaterde ze het uit.

‘Jeukt het al?’ vroeg ik, ‘Je bent toch allergisch?’”

 

Janna van der Meer interviewt iedere twee weken een koploper op het gebied van landbouw en duurzaamheid. De serie Koplopers wordt mogelijk gemaakt door: Boerengilde, Burgerinitiatief Kening fan ‘e Greide, BoerenNatuur, Friese Milieu Federatie, Staatsbosbeheer, It Fryske Gea, Landschapsbeheer Friesland, NoorderlandMelk en Natural Livestock Farming.