Lichtreclame in buitengebied niet toelaatbaar

22 november 2018

Lichtreclame in buitengebied niet toelaatbaar

Steeds vaker vinden mensen een overdaad aan kunstlicht – zoals felverlichte reclame – storend zowel in hun directe omgeving als in het landschap. Gemeenten moeten duidelijk stelling nemen om het buiten-gebied zo donker mogelijk te houden. Dat stelt directeur Hans van der Werf van de Friese Milieu Federatie in het Friesch Dagblad van woensdag 21 november.

De gemeente Tytsjerksteradiel is landelijk koploper wat betreft haar beleid wat betreft de lichtuitstoot van stallen. Dit beleid zorgt ervoor dat verlichte stallen in Tytsjerksteradiel geen lichthinder veroorzaken. Nu wil de gemeente beleid ontwikkelen voor verlichte (led) reclameborden. De gemeente wijst erop dat de opkomst van led reclameborden merkbaar is in het land. In Tytsjerksteradiel komt het nog beperkt voor, maar gezien de trend is het de verwachting dat dit zal doorzetten.

Het probleem speelt al bij het led-reclamebord van zonnepark De Griene Greide op de voormalige vuilstortplaats bij Garyp. De gemeente kreeg steeds meer signalen van inwoners dat de verlichting van het reclamebord erg fel was langs de Sintrale As die bewust donker gehouden wordt, meldde het Friesch Dagblad vorige week. Om die reden gaat dit led-reclamebord nu al om zes uur ’s avonds uit. Er hebben zich meer partijen bij de gemeente gemeld die ook wel zo’n led-reclamebord langs de As willen. Donderdag neemt de gemeenteraad een besluit over het wel/niet toestaan van nieuwe led-reclameborden en hoe één en ander zich verhoudt met het beleid van donkere buitengebieden.

Lees ook: Hoe Mantgumers hun treinstation – en straks alle andere – donker kregen

Platform Lichthinder wijst erop dat door de steeds toenemende druk van concurrentie bedrijven willen opvallen voor hun klanten. Reclame is daarbij een belangrijk aandachtspunt. Dit, gecombineerd met het streven naar een 24-uurs economie, zorgt ervoor dat een groeiend aantal bedrijven vindt dat reclame ook in de nachtelijke periode te zien moet zijn.

Reclameverlichting bestaat vaak uit fel gekleurde en soms knipperende (neon)lampen. Als de borden van binnenuit worden verlicht, zijn vooral witte borden erg helder. Een donkere achtergrond is daarom vriendelijker voor het oog. Als borden van buitenaf worden verlicht, is het beter om van bovenaf te verlichten, in plaats van onderaf. Dit om de donkere sterrenhemel te beschermen.

Om meer op te vallen dan de concurrerende winkels worden vaak lampen geïnstalleerd met een hoog vermogen. Dit veroorzaakt een sneeuwbaleffect waardoor reclameborden en gevels vaak overbelicht zijn. Platform Lichthinder pleit ervoor dat gemeenten in hun regelgeving aandacht schenken aan reclameverlichting. Er kan worden geregeld dat reclameverlichting na bijvoorbeeld 23.00 uur wordt gedoofd.

In de uren dat de reclameverlichting aan staat, zijn er afspraken mogelijk over de felheid van het licht. De Richtlijn Lichthinder van de Nederlandse Stichting van Verlichtingskunde geeft hier duidelijke handvatten voor. Reclameverlichting zichtbaar vanaf een natuurgebied heeft veel strengere grenswaarden dan eenzelfde lichtbak midden in een stadscentrum.

Storend
Steeds vaker vinden mensen een overdaad aan kunstlicht storend zowel in hun directe omgeving als in het landschap. Teveel kunstlicht kost energie terwijl je juist energie zou moeten besparen. Een overdaad aan kunstlicht vermindert het aantal zichtbare sterren. Kunstlicht kan flora en fauna én de nachtrust van mensen verstoren. Soms overstralen de lichtbronnen de openbare verlichting en zijn ze storend voor de weggebruiker. In extreme gevallen kunnen ze zelfs verblinding veroorzaken.

St. Niklaas in België geldt binnen Europa als koploper wat betreft aanpak lichtvervuiling. Filip Brokken, diensthoofd landbouw-patrimonium van St. Niklaas: “Normaal was de verlichting sluitstuk bij een ontwerp. Nu is de verlichting van meet af aan meegenomen. Zodoende hebben we hele geraffineerde en subtiele verlichting kunnen aanleggen, die alleen maar voordelen heeft: beter licht, relatief gering stroomgebruik, een reductie van ongewenste uitstraling met circa 80 procent en een positieve waardering van de horeca aan het plein en de burgerij.”

De Groninger plattelandsgemeente De Marne heeft ook goed over haar lichtbeleid nagedacht. De gemeente ziet het als haar taak om de kwaliteit van de openbare ruimte te bewaken en waar mogelijk te versterken. Daarom besteedt zij niet alleen aandacht aan openbare verlichting maar ook aan de overige lichtbronnen in de openbare ruimte. Het doel is om het landelijke en groene karakter van de gemeente te behouden en te versterken, de kwaliteit van de openbare ruimte te verhogen, lichthinder voor mens en dier tegen te gaan en onnodig energieverbruik te voorkomen. Dit beleid is tot 31 december 2018 in te zien op deze site.

Reclameverlichting
Wat betreft reclameverlichting heeft de gemeente De Marne bepaald dat het aanlichten van reclames niet is toegestaan als de verlichting uitstraalt naar de omgeving. In het gehele buitengebied is het plaatsen van lichtreclames niet toelaatbaar. Verder dient binnen de dorpskernen de verlichting van licht- of verlichte reclames te zijn gedoofd tussen 01.00 en 05.00 uur. Knipperende lichtreclames zijn niet toelaatbaar. Lichtreclame aan de gevel dient gericht te zijn op de openbare weg en te zijn afgestemd op de architectuur van de gevel en de omgeving. Bewegende en/of roterende reclame-objecten en knipperende lichtreclames aan gevels zijn niet toegestaan.

Donkere gebieden versterken
De gemeente Veere in Zeeland heeft Donkerbeleid voor haar kustgebied opgesteld. Er is voor de belangrijkste lichtbronnen in de kuststrook opgeschreven wat er wel en niet aan verlichting mag zijn. Bijvoorbeeld voor de strandpaviljoenhouders die graag licht willen op de duinovergangen. Ook zijn er brochures gemaakt voor campings en strandpaviljoens hoe je bewust kunt verlichten in die gebieden die de gemeente graag donker wil houden. Zie www.veere.licht-donker.nl.

De Friese Milieu Federatie juicht dit beleid van de gemeente De Marne en gemeente Veere toe en hoopt dat de gemeente Tytsjerksteradiel zich er door laat inspireren.

Hans van der Werf is directeur van de Friese Milieu Federatie