Opinie | Fundamentele keuzes nodig voor een mooi en duurzaam landelijk gebied

14 maart 2023

Fundamentele keuzes nodig voor een mooi en duurzaam landelijk gebied

In de Leeuwarder Courant van afgelopen zaterdag kwam naar voren dat Friezen stikstof en de toekomst van de landbouw één van de belangrijkste verkiezingsthema’s vinden. Voor de komende jaren is het belangrijk dat de provincie Fryslân keuzes gaat maken en sturing gaat geven aan dit belangrijke dossier. Wij pleiten ervoor dat bij deze keuze belangrijke waarden zoals natuur, landschap en water als vertrekpunt neemt om te komen tot robuuste oplossingen voor zowel natuur als landbouw. Recentelijk hebben acht gezamenlijke natuur- en landschapsorganisaties hun visie gepresenteerd “De Kracht van Het Noorden”. Dit is wat ons betreft vertrekpunt van het gesprek.

De provincie Fryslân is bezig met de provinciale uitwerking van het Nationaal Programma Landelijk Gebied. Op 1 juli moet haar plan op gebied van natuur/stikstof, water en klimaat klaar zijn. Wat ons betreft wordt het gesprek over het NPLG breder getrokken: naar de toekomst van het gehele landelijk gebied. Want onze prachtige natuur, de open ruimte, frisse lucht en de kwaliteit van het veelzijdige landschap staan onder druk. Terwijl deze Friese kwaliteiten juist bijdragen aan een brede welvaart en economisch perspectief. De natuur- en landschapsorganisaties hebben hun ideeën daarover verwoord in de visie “De Kracht van het Noorden”.

Transitie landelijk gebied
Aan de vooravond van grote transities in het landelijk gebied – landbouw, klimaatadaptatie, biodiversiteit, water –, in de infrastructuur en woningbouw, geven wij in de Kracht op het Noorden aan wat natuur en landschap hieraan kunnen bijdragen. Onze visie is een vertrekpunt voor een breed gesprek over de toekomst van Fryslân. Daarbij vragen we ons af: in welk land(schap) willen we straks leven, welke kwaliteiten willen we behouden en versterken, en hoe gaan we om met natuurwaarden? Uit diverse onderzoeken blijkt dat de Noorderling deze waarden van essentieel belang vindt. Belangrijker dan discussies over bijvoorbeeld de Lelylijn en stikstof.

Stip op de horizon
Het is een beetje een cliché, maar wij pleiten voor een integrale aanpak van de grote opgaven met een duidelijke stip op de horizon. De toekomst krijgt dan een verleidende kracht. Hoe ziet Noord-Nederland er uit als tieners van nu 65 jaar zijn? En wat moeten we doen voor een mooi Fryslân? Duidelijk is dat water en natuur een prominente rol moeten spelen in de oplossingen, vooral met het oog op klimaatverandering. Er kan gewoonweg niet gebouwd worden in lager gelegen delen. En infrastructuur dwars door kwetsbare natuur en landschappen: nee. Het moet fundamenteel anders, waarbij wat ons betreft de regionale kwaliteiten centraal staan.

Voor versterking van de natuur en het herstel van de biodiversiteit kiezen wij als natuurorganisaties voor twee sporen: robuuste natuurgebieden, en daarbuiten veel groene (natuur) en blauwe (water) landschapselementen. Robuuste natuur betekent een versterking en uitbreiding van het huidige netwerk van natuurgebieden die met elkaar verbonden zijn. Herstel van watersystemen en milieukwaliteit vormen een levensvoorwaarde voor het functioneren van dit robuuste natuurnetwerk. Buiten het NNN zien we een fijnmazige groenblauwe natuurdooradering in zowel agrarisch als stedelijk gebied. Natuur is daarbij verweven met landbouw, recreatie en bebouwing. Denk aan singels, weidevogelpercelen, bloeiende akkerranden, poelen, bloemrijke bermen en sloten met natuurlijke oevers. Daarbij kijken we naar de specifieke kwaliteiten van een plek: een veengebied is anders dan een klei- of zandgebied. We zien daarbij plek voor dieren én mensen.

Dit gaat wat ons betreft hand in hand met een toekomstperspectief voor de landbouwsector in het noorden. Wij pleiten er voor dat de provinsje komt met een duidelijke visie op landbouw met heldere (ruimtelijke) keuzes. Niet alles kan overal. In de Kracht van het Noorden geven wij een voorzet voor een sterke en vitale landbouw die bijdraagt aan de kwaliteit van het landelijk gebied. Het kan in onze ogen diverser, natuurinclusiever en extensiever: meer inspelen op de bodem, het watersysteem en de maatschappelijke behoeften. Met hoogwaardige en specifieke teelten en diensten, denk aan ‘zandboeren’, ‘veenboeren’, ‘kleiboeren’ (pootaardappelen), rond steden en dorpen ‘buurtboeren’, en in de Veenkoloniën innovatieve ‘eiwitboeren’ voor de eiwittransitie.

In onze visie leest u nog meer op gebied van woningbouw, recreatie en mobiliteit. Wij hopen dat onze gedachtes inspiratie geven voor uw stem, en voor maatschappelijke organisaties, politici en beleidsmakers een mooie start voor een gesprek over de toekomst van het landelijk gebied.

– Hans van der Werf, directeur van de Friese Milieu federatie

– Jorien Bakker, Ambassadeur Groningen, Fryslân en Wadden bij Natuurmonumenten