Zichtbaar maken wat smaakzintuigen al bewezen hebben

Smakelijk voedsel komt uit een gezonde bodem

Het is september, een warme na zomerdag als twee ideologische denkers – of juist doeners – in de kas praten over gezond en lekker voedsel, met vooral de vraag: wanneer is het goed? Jochum de Boer met zijn biologische kassenteelt en Johannes Bakker die zich onder andere namens stichting CO2Lfarming inzet voor transitie naar regeneratieve landbouw. Voor Jochum is de meerwaarde van biologisch telen zichtbaar in de smaakbeleving. Niet alleen bij hem, maar ook bij zijn klanten die enthousiast zijn over de smaak van zijn tomaten. Hij wil met harde cijfers bewijzen dat die smaak voortkomt uit goed bodembeheer en hoopt dat het project Vitale Friese Bodem dat zichtbaar maakt. Voor Johannes zijn deze feiten nodig bij zijn missie regeneratief boeren op de kaart te zetten.

Polycultuur in de kas
Ze lopen door de kas die met name door de diversiteit aan gewassen lijkt op een overdekte moestuin. Een hoofdpad met verschillende teelten links en rechts kleuren de kas groen en rood met paprika’s, tomaten en courgettes. Uitgebloeide prei is net geoogst. Een stoppelveld met lange stengels blijft achter. Jochum legt uit dat de prei met opzet doorgeschoten is. “De bloeiende bollen leveren zaad voor de preiteelt. Om de kwaliteit van het zaad te waarborgen worden de bollen door een bijenfamilie van de zadenkoper bestoven. Na de bloei worden de bollen, met het zaad geoogst.”

Wat de plant eet voeden we onszelf mee
In de glastuinbouwwereld is Jochum een kleine speler. Toch is hij groot genoeg om met zijn (onverwarmde) kas van 1 ha een professionele tuinder te zijn. Jochum: “Ik teel hoofdzakelijk voor De Streekboer, Bio-Noord en Hofweb. Soms heb ik een kraampje bij de weg of komen er mensen in de kas voor een losse aankoop.” Jochum kiest voor diversiteit in gewassen. Deels omdat zijn afnemers verschillende wensen hebben, maar ook omdat een monocultuur eenzijdig en daarmee risicovoller is. Heel bewust heeft hij gekozen voor biologisch telen. “Ik wil graag met mijn producten de diepte in, echt een gezond gewas verkopen. Het is eigenlijk heel simpel. Wat je er niet in stopt, kan je er ook niet uithalen.” Jochum doelt daarbij op het voeden van de bodem. Hij wil de plant laten eten wat wij als mensen ook nodig hebben aan voedingsstoffen. “Gewassen moeten weer worden zoals ze vroeger al waren, namelijk vol van smaak en inhoud.”

De natuurlijke werking van een plant weer HOT maken
Dat de groenten van Jochum een volle smaak hebben staat voor hem vast. “Met name oudere mensen geven dan aan dat mijn komkommer smaakt zoals ze dat vroeger gewend waren.” Dat hoort hij ook van de pizzeria uit het dorp. Ze gebruiken de tomaten van Jochum als basis-ingrediënt. “Lokaal afzetten is eigenlijk veel leuker. Zo weten mensen waar hun voedsel vandaan komt en ontstaat er weer verbinding.”

“Die verbinding zorgt voor bewustwording en zo leren we goed voedsel weer waarderen”, aldus Johannes Bakker. Wat hem betreft begint dat ook bij maatschappelijke herwaardering van boeren die decennia lang voedsel produceerden, zoals de consument dat wenste. Hij geeft de schuld dan ook aan de voedselindustrie waar prijsconcurrentie de heersende macht is geworden. “Productie is gebaseerd op de hoogste opbrengst tegen de laagste energiekosten. Die werkwijze is bodem uitputtend. Met een regeneratieve denk- en werkwijze kunnen we weer opbouwen. Alles wat de natuur in de plant stopt zou weer HOT moeten worden.”

““De biologische teeltwijze zorgt voor een grote afhankelijkheid van mijn bodem. Als je eenmaal in die materie duikt, wil je daar steeds meer van weten en grip op krijgen.” ”

Boer Jochum

Op missie voor volhoudbare landbouw
Johannes zet zich op diverse manieren in voor zijn missie. Het project Vitale Friese Bodem, van de Friese Milieu Federatie en stichting CO2LFarming, is daar een voorbeeld van. Tien bevlogen tuinders leren over en werken aan vitale bodems. Aangereikte bodemkennis en advies op maat helpt ze een vitaal gewas te telen op een solide bodem. Jochum is een van deze tien telers. “Het is een mooie kans om kennis op te doen en ervaringen uit te wisselen.” Dat uitwisselen belangrijk is voor Jochum wordt duidelijk als hij vertelt dat hij bijna geen collega’s heeft in zijn vak als biologisch teler in de glastuinbouw. “De biologische teeltwijze zorgt voor een grote afhankelijkheid van mijn bodem. Als je eenmaal in die materie duikt, wil je daar steeds meer van weten en grip op krijgen.” De tuinderij staat op vruchtbare zware zee-klei. Grond die langzaam opwarmt maar ook lang na-warmt. “Er is zo veel maatwerk nodig in deze thematiek. Mijn buurman, ook teler, heeft weer andere grond en eigen problemen met waterberging. Soms is het alsof ik op een eiland leef, zo lastig is het om aan juiste kennis te komen.”

Alle goede dingen komen langzaam
Transitie gaat om verandering. Alle goede dingen komen langzaam, maar komen zeker. Voor Johannes staat dat vast. “De kennis over duurzame landbouw is er al eeuwen. Het moet ook van de boeren zelf komen, van onderop. Dit project is daar een voorbeeld van.” Jochum: “Zelf ben ik nieuwsgierig naar de uitkomsten van de plantsapmetingen die iedereen doet. Diverse metingen tonen straks aan wat de voedingswaarde van gezond geteelde gewassen is. Daarmee maak je zichtbaar welke waarde gezond geteelde gewassen heeft.” Kennis waar beide mannen baat bij hebben. Jochum als bewijs voor zijn manier van telen en daarmee ook voor het maken van een eerlijke productprijs. En Johannes voor zijn missie. Ze wachten het af en ondertussen werken ze verder. Johannes stapt weer in de auto, op weg naar zijn volgende project om zijn regeneratieve missie uit te rollen. Jochum gaat planten. Winterpostelein, veldsla, raapstelen, rucola en spinazie gaan voor de winteroogst in de grond.