Oproep aan zuivelketen om in weidevogelbeheer te investeren

15 november 2023


Oproep aan zuivelketen om in weidevogelbeheer te investeren

Fryslân – Het keurmerk On the way to Planet Proof van Stichting Milieukeur (SMK) lijkt mooier dan het is. Ze kunnen de claim ‘beter voor natuur’ niet hard maken. Weidevogels, waaronder onze nationale vogel de grutto, zijn hiervan de dupe. Daarom verzoekt de Reclame Code Commissie dat deze reclame-uitingen stoppen, tenzij ze wel aan de claim kunnen voldoen. It Fryske Gea, de Friese Milieu Federatie (FMF), Natuurmonumenten en de Noardlike Fryske Wâlden roepen daarom de partijen in de zuivelketen op (waaronder FrieslandCampina), om hun beleid aan te passen. Dit zorgt ervoor dat boeren die aan weidevogelbeheer doen een goed inkomen kunnen verdienen én de weidevogel behouden blijft in Fryslân.

Uitspraak Reclame Code Commissie
Oud-minister Pieter Winsemius en professor emeritus Rudy Rabbinge van Wageningen University & Research, hebben als mede-initiatiefnemers van het Aanvalsplan Grutto, bezwaar gemaakt tegen de reclame van Planet Proof. Dit keurmerk is van de SMK en staat op groente, fruit, eieren en melk en wordt onder meer gebruikt door FrieslandCampina voor haar zuivelproducten. Vanuit het keurmerk wordt gesteld dat Planet Proof beter is voor natuur, dier én klimaat. De Reclame Code Commissie concludeert echter dat deze claim niet voldoende onderbouwd is en roept op om de reclame te stoppen.

Het voorstel van natuur- en landbouworganisaties
It Fryske Gea, de FMF, Natuurmonumenten en de Noardlike Fryske Wâlden vinden dat deze uitspraak een kans biedt om het keurmerk On the way to Planet Proof aan te passen. Zo kunnen boeren die aan weidevogelbeheer doen ook een mooi inkomen verdienen. Dit stimuleert de inzet van boeren op het gebied van weidevogelbeheer en zorgt voor het behoud van de weidevogels in Fryslân. Concreet stellen zij voor dat melkveehouders met het keurmerk mee mogen doen wanneer ze minimaal 20% kruidenrijk grasland* hebben waar pas ná het broedseizoen (als de kuikens kunnen vliegen) wordt gemaaid. Daarnaast pleiten ze voor grote aaneengesloten weidevogelgebieden, passend binnen het Aanvalsplan Grutto.

Hans van der Werf, directeur van de FMF, vertelt: “We zien deze uitspraak als een steun in de rug voor het behoud van weidevogels in Fryslân. Het is van groot belang dat de zuivelketen serieus investeert in natuur en weidevogels.”

Albert van der Ploeg, voorzitter van Noardlike Fryske Wâlden, voegt hieraan toe: “Us boeren mei hert foar de greidefûgels wurde net beleane, mar moat ynleverje by On the way to Planet Proof. Dat kin net de bedoeling wêze as dit keurmerk fan FrieslandCampina him foarstiet op ferbettering fan it bioferskaat.”

Henk de Vries, directeur van It Fryske Gea, benadrukt: “Aaneengesloten, robuuste weidevogelgebieden met kruidenrijk gras zijn essentieel voor herstel van weidevogels. Door de criteria van Planet Proof hierop aan te passen, kunnen we een duurzame melkproductie realiseren die goed is voor de natuur, het klimaat en de boeren.

Toelichting:
Melkveehouders worden gestimuleerd tot maximale productie per hectare
In OtwtPP wordt gestuurd op CO2-emissies per liter melk. De beloning op een zo gering mogelijke CO2-eq. uitstoot per liter melk leidt tot maximale productie per hectare. Boeren die in verhouding een extensief bedrijf hebben met een groot aandeel weidevogelbeheer, komen in principe niet in aanmerking voor vergoedingen binnen OtwtPP. Ze komen in de problemen met de eis voor de toegestane hoeveelheid CO2-uitstoot per liter melk. Daarvoor is een tijdelijke ontheffing mogelijk. Die tijdelijke ontheffing is echter te onzeker om de hele bedrijfsvoering voor weidevogels aan te passen. Mogelijke oplossing: beloon voor prestaties per hectare en niet per liter melk.

Alleen grote aaneengesloten weidevogelgebieden met extensieve boerenbedrijven werken
Er is veel kennis over gunstig beheer voor weidevogels. Duidelijk is dat alleen met grote open gebieden van zo’n 1000 hectare weidevogels geholpen zijn. In deze gebieden dient extensief geboerd te worden. Idealiter bestaat de helft van zo’n weidevogelkerngebied uit kruidenrijk grasland met een hoog waterpeil, waar pas na het broedseizoen wordt gemaaid. Door boeren in deze gebieden te belonen voor een hoog percentage kruidenrijk grasland, (minimaal 20%) waar laat gemaaid wordt kan OtwtPP bijdragen aan herstel van de weidevogelstand. Neem de afnemers van de zuivel mee in hun belangrijke rol om dit te bewerkstelligen.

*Het gaat er daarbij om dat minimaal 20% van het land dat de boer bezit en/of pacht bestaat uit volwaardig kruidenrijk grasland, dat bijdraagt aan biodiversiteit en niet om zogeheten ‘productief (kruidenrijk) grasland’.

Heb je vragen of opmerkingen over dit stuk? Neem contact op met: